Alle Drukkerijbenodigdheden Binderijbenodigdheden in Weert, Limburg

Aanbevolen drukkerijbenodigdheden binderijbenodigdheden

Wordt geladen

Lees meer over Weert

Gemeente Weert

Weert (Limburgs: Wieërt) is een gemeente in de Nederlandse provincie Limburg (Midden-Limburg).

Sinds 1998 maakt ook de tot dan toe zelfstandige gemeente Stramproy deel uit van Weert.

Kernen

De gemeente Weert bestaat uit de volgende officiële kernen:
Altweerterheide, Boshoven, Laar, Stramproy, Swartbroek, Tungelroy en Weert (gemeentehuis)

Wapen

Bij Koninklijk Besluit van 16 november 1977 is het gemeentewapen van de gemeente Weert goedgekeurd. De beschrijving daarvan luidt in officiële termen:

"In zilver een keper van azuur; een schildhoofd van goud, beladen met drie hoorns van keel (rood), beslagen van zilver. Het schild gedekt met een gouden kroon van drie bladeren en twee parels".

Dit wapen was ontleend aan een zestiende-eeuwse schepenzegel van de stad. De keper, de omgekeerde V, is een weefselpatroon. Ze houdt vermoedelijk verband met het vroegere bloeiende lakenambacht, dat lakens naar West-Europa uitvoerde. Voor de zestiende eeuw was een schepenzegel in gebruik, waarin de drie hoorntjes waren verwerkt van het wapen van de graven van Horn. Deze graven waren tevens heren van Weert. Het wapenschild kan gedekt worden door een schildkroon. De kroon van Weert, drie bladeren en twee parelbanken, staat symbool voor een graaf: de graaf van Horne.

Geschiedenis

De naam 'Weert' geeft reeds aan hoe de plaats is ontstaan. 'Weert' is identiek aan waard: een stuk land, gelegen bij of te midden van wateren en moerassen, m.a.w. een ingedijkt stuk land. Dat de plaats deze naam ontving is heel begrijpelijk wanneer men bedenkt dat destijds deze streek zowel in het noorden, oosten als in het zuiden omgeven was door uitgestrekte Peelplassen en moerassen, die vroeger een veel grotere oppervlakte bestreken dan tegenwoordig. Tussen deze onbewoonbare wildernissen lag een hoog en droog eiland en hierop is Weert ontstaan. Het hele gebied werd onderscheiden in twee gedeelten: het hoger gedeelte ?Overweert? (thans Weert) en het lagere gedeelte Nederweert. In de omgeving van Weert hebben al sinds de prehistorie mensen gewoond. Dat blijkt uit vondsten uit de steentijd en de aanwezigheid van de resten van een groot urnenveld uit de late bronstijd op de Boshoverheide. Door middel van een verhard voetpad is dit urnenveld toegankelijk gemaakt. Tevens zijn er bewoningssporen uit de ijzertijd en de Romeinse tijd gevonden.

De plaats is ontstaan aan een knooppunt van wegen in het heide- en veengebied op de grens van Brabant en Limburg aan de rand van de Peel.

Weert werd voor het eerst vermeld in een akte in 1062. Weert behoorde in die tijd tot het Graafschap Horn. Dit graafschap werd eerst bestuurd vanuit Horn, maar later werd Weert de hoofdplaats van het graafschap. Graaf Jacob ? van Horne bouwde daarom in 1455 een nieuw kasteel, genaamd ?De Neijenborg?. Dit kasteel heeft dienst gedaan, tot het in de Spaanse Successieoorlog in 1702 werd verwoest. De meest bekende van de "Heren Van Horne" is graaf Filips van Montmorency, ook wel genaamd Filips van Horne, die in 1568 samen met graaf Lamoraal van Egmont in Brussel werd onthoofd. Zijn graf is nog steeds te zien in de Martinuskerk in de binnenstad. Een plaatselijke scholengemeenschap draagt zijn naam.

Tussen 1450 en 1550 kwam door de bescherming van de Graaf van Horne Weert tot een economische bloei. Vooral de lakenindustrie was erg belangrijk voor de Weerter economie. In deze tijd werd ook de Sint-Martinuskerk gebouwd. Na de dood van Filips van Montmorency, als laatste graaf van Horn, viel de bescherming voor Weert door de heren van Horne weg. Hierdoor kwam de stad in verval. Pas na de aanleg van de Zuid-Willemsvaart in 1825 en de IJzeren Rijn in 1879 kwam de economie weer tot bloei. In de 19e eeuw werd om de wateroverlast in het gebied te beteugelen het waterschap Het Land van Weert opgericht.

Na de Eerste Wereldoorlog kwam de industrialisatie van de stad opgang. De industrie werd langzaam belangrijker dan de landbouw en zo werd Weert een industriestad. Heden ten dage is de stad gedeeltelijk nog steeds als dusdanig te kenmerken.

Weert maakte deel uit van de Peel-Raamstelling. De Peel-Raamstelling was een verdedigingslinie. Daarom werden er ook militairen naar Weert gestuurd. De Peel-Raamstelling was echter niet gebouwd om de Duitsers te verslaan, maar om de Duitsers zo lang tegen te houden dat de Franse troepen naar Nederland konden oprukken. Overal langs de Peel-Raamstelling werden mitrailleurs geplaatst en kazematten gebouwd. Dit waren de voornaamste verdedigingsmiddelen. In Weert stonden deze verdedigingsmiddelen vaak langs de Zuid-Willemsvaart (vooral bij bruggen). Deze stelling begon in het noorden bij het riviertje de Raam bij Grave. In het zuidelijke deel lag deze langs de Noordervaart en de Zuid-Willemsvaart. De stelling eindigde bij de zinkfabriek en het Ringselven in Budel-Dorplein. Dit betekent dat tussen de linie en de Belgische grens nog zo?n acht kilometer onverdedigd bleef. Het deel van Budel tot Sluis 13 werd het Vak Weert genoemd. Veel soldaten had deze linie niet. Slechts drie bataljons, enkele duizenden manschappen, verdedigden vanaf Dorplein tot aan Sluis 13 het Vak Weert. Van zuid naar noord zijn dat het 2de bataljon 41e Regiment Infanterie, het 4e grensbataljon en, bij Nederweert tot Sluis 13, het 1e bataljon 30e Regiment Infanterie. Hieruit kon worden opgemaakt dat er misschien een gevecht in Weert zou plaatsvinden. Vandaar dat Weert een grootschalige evacuatie had voorbereid. De voorbereidingen van de evacuatie waren zeer goed. Iedereen kreeg een evacuatieadres toegewezen. Men mocht er niet op eigen houtje heen gaan, maar men moest er in een groep naartoe, wat veiliger was. Om ervoor te zorgen dat binnen zo?n groep alles goed verliep, had men ook hoofd- en hulpgeleiders aangesteld. Ook kregen de inwoners van tevoren een boekje met voorschriften (regels), waarin duidelijk stond wat wel en niet mocht. Ook kregen de inwoners een soort identiteitsbewijs waarop stond tot welke groep ze behoorden. Er stond voorts op wat ze moesten meenemen aan spullen, zodat er niet te veel maar ook niet te weinig werd meegenomen. Om ervoor te zorgen dat het laadvermogen van vrachtwagens en auto?s goed benut werd, werden er auto?s en vrachtauto?s ingevorderd. Dit deed men ook omdat oudere mensen en zieken dan ook snel en goed geëvacueerd konden worden.

De inwoners van Weert werden goed geïnformeerd over de evacuatie en de oorlog die zou komen. Dat deed men door middel van aanplakbiljetten en brieven door heel Weert te verspreiden. Hierdoor was iedereen op de hoogte van de komende evacuatie.

De evacuatie zelf liep niet zo goed. Toen om 3 uur ?s nachts van 9 op 10 mei Duitse vliegtuigen overvlogen, wist men dat de oorlog heel dichtbij was. Toen Fortanier (commandant Vak Weert) hoorde dat de Maaslinie (dicht bij Roermond) was opgeheven, liet hij de bruggen van Weert opblazen. Maar de evacuatie was nog niet begonnen. Hierdoor konden mensen niet meer over de bruggen naar hun evacuatiebestemming. Daarom gingen toch veel mensen op eigen houtje naar vooral Altweerterheide en Tungelroy. Maar toen het in Altweerterheide door kanonnen ook gevaarlijk werd, vertrokken velen weer naar Tungelroy. De evacuatie verliep goed in die zin dat er geen doden vielen. De enige doden vielen onder degenen die zich te ver het oorlogsgebied in waagden.

De evacuatie was in elk geval echt nodig. In Weert waren toch wat gevechten. Er kwamen 7 burgers om, doordat ze zich te ver het oorloggebied in waagden. Als de inwoners van Weert gebleven waren, hadden dat er veel meer kunnen zijn.

Aanbevolen content over Weert

Foto's

Video's

Nieuw stadhuis gemeente Weert

Filmpje over de nieuwe stadhuis van de gemeente Weert.

Gemeente Weert Promotiefilm

Filmpje over de gemeente Weert.

Links

Gemeentearchief Weert

Erfgoedhuis Weert is de samenwerking tussen het Gemeentearchief Weert en het Gemeentemuseum Weert.

Bezoek

Gemeente Weert

Officiële website van de gemeente Weert (NL) met nieuws, actualiteiten, een digitaal loket en informatie over Weert, het gemeentebestuur en de gemeentelijke.

Bezoek