Alle Bankinstellingen in Zoetermeer, Zuid-Holland
Aanbevolen bankinstellingen
Lees meer over Zoetermeer
Gemeente Zoetermeer
Zoetermeer is een gemeente in de provincie Zuid-Holland in Nederland. De gemeente Zoetermeer maakt deel uit van het kaderwetgebied Haaglanden en de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag, en telt 124.399 inwoners op een grondgebied van 37,06 km².
In 1962 werd Zoetermeer aangewezen als groeikern van Den Haag. In korte tijd is het dorp Zoetermeer in inwoneraantal uitgegroeid tot de derde gemeente van de provincie Zuid-Holland. In de volksmond wordt Zoetermeer ook wel met een lichte zelfspot 'Sweet Lake City' genoemd, een vrije vertaling van de gemeentenaam.
Geschiedenis
Van veenontginning tot boterdorp
Uit opgravingen van de Archeologische Werkgroep Zoetermeer blijkt dat in de 13e eeuw al sprake was van bewoning aan de Dorpsstraat in Zoetermeer. De vondst van een stuk hout in een daliegat nabij het woonhart bleek na onderzoek ongeveer 1000 jaar oud te zijn. Hoewel er bij de opgraving geen sporen van bewoning werden gevonden, heeft de gemeente de vondst gebruikt voor een publiciteitscampagne, Zoetermeer 1000 jaar, om de stad op de kaart te zetten.
De bewoning van Zoetermeer is waarschijnlijk ongeveer 1000 jaar geleden ontstaan aan de rand van de veenontginning in de buurt van het in de 17e eeuw drooggemalen Soetermeerse meer. Het veen werd afgestoken en zelfs onder water uitgebaggerd en als turf in omliggende steden als brandstof verkocht. Als gevolg van de veenontginning ontstonden grote waterpartijen. Vanaf de 17e eeuw zijn eerst het Soetermeerse meer (1616) en vervolgens de overige waterpartijen ingepolderd en verkaveld. De polder waar de huidige wijken Buytenwegh en De Leyens zich bevinden, werd in 1770 opnieuw drooggelegd.
In de Middeleeuwen treffen we bewoning aan in het "Lange Land" aan de "Groenwegh", gelegen tussen de Broekwegwetering en de Wallewetering. In de 13e eeuw begon de uitbreiding van de bewoning zich te concentreren op de huidige locatie van de Dorpsstraat. Door het afsteken van veen en door het inklinken van de drooggelegde grond waren grote delen van Zoetermeer onder de zeespiegel komen te liggen. Straten zoals de Dorpsstraat liggen hoger omdat het oorspronkelijke veen daar nooit is afgestoken. De Buurtvaart die de Dorpsstraat omsluit wordt in stand gehouden om het grondwater van de oude dorpskern op peil te houden zodat de houten palen van de funderingen niet gaan rotten en het veen niet gaat inklinken.
De Leidsewallenwetering in het noorden en de Delftsewallenwetering in het zuiden vormden een belangrijke vaarroute tussen Leiden en Delft en vormden in het midden de scheiding tussen het katholieke Zoetermeer aan de westzijde van de Dorpsstraat en het overwegend hervormde Zegwaard aan de oostzijde. De gemeenschappelijke Dorpsstraat was de verbinding van Den Haag naar Gouda met herbergen om de reizende handelaren onderdak te bieden. Zoetermeer en de verbindingen over water hebben een belangrijke rol gespeeld bij de Slag bij Zoetermeer (Leidens ontzet).
De aansluiting van Zoetermeer op het spoorwegnet in 1868 kondigde het begin aan van de groei van Zoetermeer en Zegwaart. De Molenweg werd tot Stationsstraat omgedoopt toen het station 'Soetermeer-Zegwaart' in gebruik werd genomen. In de omgeving van het dorp werd door veel boeren boter geproduceerd, waardoor Zoetermeer wel het Boterdorp genoemd werd. Bekendheid kreeg Zoetermeer onder meer door Adriaan van Well die als kruidenier in 1932 De Spar begon. De arbeiderszoon Bernardus Brinkers stichtte aan het einde van de negentiende eeuw een margarinefabriek (Brinkers) in Zoetermeer, die in een eeuw uitgroeide tot een vettenfabrikant van Europees formaat. Martin van der Hagen stichtte in 1896 een stoomzuivelfabriek die vijf jaar later de naam kreeg waaronder hij nog steeds wereldbekendheid geniet: Nutricia. Zoetermeer kreeg in de jaren 1930 naam als boterdorp met 50 boter- en margarineboeren waarvan de firma Van der Spek om zijn "Zoetermeerse Roem" bekendheid kreeg.
Van dorp tot stad
De huidige gemeente Zoetermeer is ontstaan uit de samenvoeging van de gemeenten Zegwaart (kadastraal Zegwaard) en Zoetermeer op 1 mei 1935.
Aan het eind van de jaren vijftig heerste er in Nederland zeer ernstige woningnood. Het argument dat pas getrouwden moesten intrekken bij één van de ouders, wat leidde tot grote sociale spanningen, was in die tijd één van de aanleidingen om de Commissie Westen des Lands in te stellen. Het gemeentebestuur Zoetermeer was fel tegenstander van de satellietstad Wilsveen, die de commissie voorstelde. Volgens de toen bekende gegevens zou de uitbreiding van Zoetermeer alleen mogelijk zijn in de richting van Wilsveen waardoor er slechts luttele honderden meters tussen beide stadskernen zou overblijven. Met name de val van het vierde kabinet Drees op 12 december 1958 - waarmee ook aan het "Drees-bewind" een einde einde kwam - veroorzaakte grote vertraging. Pas in november 1962, gaf het Zoetermeerse gemeentebestuur een team van stedenbouwkundige ingenieurs opdracht om plannen te ontwikkelen voor de stedenbouwkundige ontwikkeling van het Dorp Zoetermeer tot een stad van ongeveer 100.000 inwoners.
Om aan de grote behoefte aan huisvesting te kunnen voldoen, wordt in 1962 besloten Zoetermeer aan te wijzen als groeikern. De nieuwe stad zou ruim van opzet zijn met veel groen. Een voor Nederland uniek openbaarvervoerssysteem, de Zoetermeer Stadslijn, verbond in een stedelijke ringspoorlijn de verschillende buurten met 12 stations verspreid over de stad. Rondom elk station vinden we ook nu nog de wijkvoorzieningen en wijkwinkelcentra waardoor elke wijk grotendeels zelfvoorzienend is. De Zoetermeer Stadslijn is in 2006-2007 in het kader van het lightrailproject RandstadRail omgebouwd tot sneltramlijn.
Om meer werkgelegenheid te creëren werd in 1984 het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, tegenwoordig Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, verplaatst van Den Haag naar Zoetermeer. Het gebouw langs de Europaweg was jarenlang het grootste gebouw qua vloeroppervlakte van Europa en bood onderdak aan 15.000 werkplekken. Het ministerie is weer terug naar Den Haag en het gebouw wordt nu gebruikt door de AIVD met 1200 werkplekken.
Ook nu nog werken veel inwoners in Den Haag, maar met nieuwe werkgelegenheid binnen de grenzen van de gemeente wil Zoetermeer af van het imago van slaapstad met alleen forensen en zich onder meer als centrum van ICT op de kaart zetten.
Na 1962 groeide Zoetermeer stormachtig van een gemeente met een dorps karakter van minder dan 10.000 tot een stad met in 1991 al meer dan 100.000 inwoners. De traditionele agrarische economie verdween en het dialect stierf nagenoeg uit.
Palenstein (1965), Driemanspolder (1966), en Meerzicht (1969)
In de eerste nieuwbouwwijken Driemanspolder, Palenstein en Meerzicht verrezen veel galerijflats. Deze ruime en relatief goedkope flats, omgeven door groenvoorzieningen, moesten vooral jonge gezinnen naar deze groeistad trekken. In de andere wijken treft men vooral laagbouw eengezinswoningen met een eigen tuin aan.
Buytenwegh de Leyens (1974), Seghwaert (1976), Noordhove (1985)
De behoefte naar nieuwe woningen bleef groot. Vooral laagbouw- en eengezinswoningen bleken populair. In hoog tempo werden de wijken Seghwaert en Buytenwegh de Leyens gerealiseerd. Deze twee wijken kenmerken zich door het vele groen, De Leyens door het groen en het vele water waaronder de Broekwegwetering. Hoogbouw is in deze wijken vrijwel niet te vinden. In 1985 wordt de eerste paal geslagen voor de nieuwe wijk Noordhove, een laagbouwwijk grenzend aan de Zoetermeerse Plas.
Stadscentrum (1981)
In 1981 wordt begonnen met de bouw van het stadshart, dat het nieuwe winkelcentrum van de stad moest worden. Het krijgt een unieke opzet: magazijns, parkeren en een station op de begane grond, de winkelstraat op de eerste verdieping en boven de winkels woningen en kantoren. Zo moest een compacte en verkeersvrije winkelstraat ontstaan, die toch goed bereikbaar was per auto en openbaar vervoer. De woningen moeten ervoor zorgen dat het centrum ook na winkelsluitingstijd levendig blijft.
Het Stadshart is in fases gebouwd. In fase 1 Westwaarts, in fase 2 Promenade, in fase 3 Passage, Noordwaarts, Zuidwaarts en Oostwaarts en in fase 4 Warande. In 2006 is de nieuwe uitbreiding van het Stadshart gereed gekomen, Spazio Shopping Space, en eind 2007 startte de 6e en laatste uitbreiding, Cadenza.
Rokkeveen (1987)
Als de voltooiing van de eerste fase van Noordhove nadert, start aan de zuidzijde van de A12 de bouw van Zoetermeers wijk: Rokkeveen. In 1992 vindt hier de land- en tuinbouwtentoonstelling Floriade plaats. De parken en het Balijbos in het westelijke deel van Rokkeveen zijn hier overblijfselen van.
In 2000 wordt besloten Noordhove verder uit te breiden in de richting van Benthuizen. Noordhove fase twee is veel gevarieerder qua opzet in vergelijking met de monotone bebouwing van Noordhove fase één. Er is veel ruimte voor koopwoningen in het duurdere segment en de uitgifte van vrije kavels.
Oosterheem (2000)
Nagenoeg tegelijk met Noordhove II startte ook de bouw van Oosterheem. De bouw zou in het najaar 1999 officieel van start gaan. Omdat er geen milieueffectrapport was opgesteld werden alle afgegeven bouwvergunningen op last van de rechter geschorst en werden de bouwwerkzaamheden pas in december 2000 hervat.
Midden door de wijk loopt een hogedruk-CO2-leiding van OCAP, deels op een diepte van 1,5 meter. Naar de mogelijke gevolgen van een calamiteit zijn door TNO en het RIVM onderzoeken ingesteld. De conclusies van dat rapport werden echter niet overgenomen en de bouw werd oorspronkelijk zonder aanpassingen voortgezet. Pas bij het voorontwerp Verlengde Oosterheemlijn is bij Station BleiZo de leiding alleen daar ter plaatse op een diepte van 32 meter nieuw aangelegd.
Als deze wijk af is, zal het met 30.000 inwoners en 8.500 woningen de grootste wijk van Zoetermeer zijn. De wijk is bijna voltooid. De laatste huizen blokken worden momenteel gebouwd achter het Miss Etam terrein. Eind 2014/ begin 2015 zullen de laatste huizen van Oosterheem worden opgeleverd. De wijk heeft ook een eigen aansluiting met 3 stations gekregen op de RandstadRail.
Toekomst
Zoetermeer stad bereikt met de bouw van Oosterheem ook in het noordoosten haar gemeentegrenzen. De polders in het noorden behoren tot het Groene Hart en mogen niet bebouwd worden. Een verdere uitbreiding van het bouwvolume en aantal woningen kan alleen worden gerealiseerd door hoogbouw, het overkappen van wegen met bebouwing of ten koste van het schaarse groen. Het overkluizen en het overkappen van de Europawegtunnel en de A12 worden onderzocht.
Momenteel (2008) wordt de toevlucht gezocht om locaties, waar een maatschappelijke bestemming of een bestemming als groenvoorziening op ligt, voor woningbouw in aanmerking te nemen. Als gevolg van deze keuze zal de planologische ruimte afnemen om de wijk aan te passen aan de behoefte en de dynamiek van de tijd.
De herontwikkeling van de oude stadswijken is momenteel de grootste uitdaging. Palenstein, inmiddels 40 jaar oud, is de eerste wijk die opnieuw zal worden ingericht. Hoogbouw maakt deels plaats voor laagbouw en er wordt gezocht naar een betere balans tussen het aantal sociale huurwoningen en duurdere vrije sector woningen. Voor de gemeente is het ook een probleem dat de jongeren die rond 1970 massaal naar Zoetermeer verhuisden inmiddels tegen hun pensioen aan zitten, en hun kinderen het huis uit zijn. Hierdoor daalt het aantal inwoners in de wijken uit die tijd - waardoor de gemeente minder inkomsten krijgt. De gemeente probeert dat onder andere op te vangen door "inbreiden", d.w.z. het volbouwen van de schaarse vrije ruimte met woningen die hopelijk nieuwe "starters" aantrekken.
Zoetermeer zou graag ten oosten van Rokkeveen nog een nieuwe woonwijk op het grondgebied van Bleiswijk willen bouwen. Er is in de plannen voor de Zuidplaspolder rekening gehouden met een verdere groei van Zoetermeer naar het oosten. Deze plannen zijn ambitieus en vergen grote inspanning en investeringen. Vooral de gemeente Lansingerland heeft bezwaren tegen de uitbreidingsplannen van Zoetermeer en wil in het gebied kassen bouwen.
Waterstaat
Waterstaatkundig ligt Zoetermeer in drie Hoogheemraadschappen, namelijk Delfland, Rijnland en Schieland (en Krimpenerwaard) Zoetermeer vormt zo het "drielandenpunt" tussen deze drie waterschappen. Het feitelijke drielandenpunt, ook wel bekend als de "Driesprong" is in het verleden nogal gewijzigd. Het ligt tegenwoordig vlak langs de A12 bij het Balijbos. Aan de Reginagang in de wijk Rokkeveen is nog een oude grenspaal te zien die op de zijkanten de namen van de Hoogheemraadschappen aangeeft.
Natuur en Recreatie
Zoetermeer is een groene gemeente en ligt midden in het Groene Hart. Hierdoor is Zoetermeer omringd door prachtige polderlandschappen en aan de oostzijde het Rottegebied. Door het relatief hoge percentage eengezinswoningen is er veel privégroen en daarnaast zijn de woonwijken ruim van opzet, met veel ruimte voor openbaar groen. In elke wijk zijn één of meer wijkparken te vinden. Tot slot zijn er de grote stadsparken, met veel natuur, sport- en recreatievoorzieningen.
Westerpark
Het Westerpark ligt, zoals de naam al doet vermoeden, aan de westzijde van Zoetermeer. Het park is verdeeld in deelgebieden, elk met hun eigen karakter. Zo zijn er een bosgebied, een bloemenweide, een plassengebied, de natuurtuin en sportvelden.
Er is veel ruimte voor kleine recreatie. Door het park lopen drie fiets- en wandelroutes, er is een trimbaan en een ruiterpad. In het park is ook veel water te vinden, geschikt voor kleine recreatie als vissen, waterfietsen, roeien en kanoën.
In het Westerpark is ook een bowlingcentrum gevestigd, waar tevens bootjes en waterfietsen te huur zijn. Naast het bowlingcentrum ligt een grote speeltuin, die tegen betaling te bezoeken is. Aan het einde van de Heuvelweg is Burggolf gevestigd, een 18 holes golfbaan.
Aan de kant van de A12 zijn de sportvelden gelegen, met ruimte voor onder meer handboogschieten en voetbal.
Noord Aa
1rightarrow blue.svg Zie Noord Aa voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
De Noord Aa is het grootste en belangrijkste recreatiegebied van Zoetermeer. Het gebied ligt rondom de Zoetermeerse Plas, in de volksmond meestal Noord Aa-plas genoemd. Aan de noordzijde van de Zoetermeerse plas liggen het Noord Aa-strand en restaurant Aa-zicht. Een deel van het Aa-strand is bestemd voor naaktrecreatie. Aan het Lange Land zijn een surfschool, een drakenbootvereniging, waterscoutsvereniging en een zeil- en watersportvereniging gevestigd. Eenmaal per jaar vinden hier de Dutch Dragons-drakenbootraces plaats. Op het strand vindt elk jaar het Rastaplasfestival plaats. Rond een uitloper van de plas, de Broekwegwetering zijn woningen gebouwd. Bij de ophaalbrug wordt regelmatig gevist en 's zomers veel gezwommen. Het water van plas en wetering is buitengewoon schoon. Sinds 2000 is het gebied uitgebreid met de Noordhovense plas en de Benthuizer plas.
Van Tuyllpark
Het van Tuyllpark is voornamelijk een sport- en evenementenpark. Hier zijn diverse voetbalvelden, tennisbanen, een atletiekbaan, hockeyvelden en honkbalvelden te vinden. Ook het subtropische binnen- en buitenzwembad Aquapark 't Keerpunt is hier gevestigd en scouting John McCormick in clubhuis de Chute. In oktober 2006 kwam Dutch Water Dreams (DWD) gereed met een Olympische wildwaterbaan en het waveboardcentrum. De schaats- en evenementenhal Silverdome is aan de westzijde van het park te vinden met het parkeerterrein dat wordt gebruikt bij grote evenementen en de halfjaarlijkse kermis.
Buytenpark
De oude vuilstortplaats aan de westzijde van de stad is afgedekt met een laag grond en omgetoverd tot een recreatiegebied. Het is een heuvelachtig gebied en de vegetatie bestaat voornamelijk uit gras en weideland. In het gebied lopen Gallowayrunderen vrij rond. Door het heuvelachtige terrein is het gebied erg geschikt voor survivaltochten en mountainbiken. Hierin voorziet Ayers Rock, het klim- en survivalcentrum van Zoetermeer. De stad was in 2009 dan ook gastheer van de Europese kampioenschappen mountainbike. Een andere grote publiekstrekker is SnowWorld Zoetermeer, de overdekte skipiste met echte sneeuw. Hier komen jaarlijks zo'n 1,2 miljoen bezoekers.
Balijbos
Aan de rand van de wijk Rokkeveen ligt het Balijbos. Het Balijbos en het wijkpark in Rokkeveen zijn beiden overblijfselen van de Floriade die in 1992 in Zoetermeer is gehouden. Het Balijbos maakt nu deel uit van de Groen-Blauwe Slinger, dat de groengebieden in de regio met elkaar verbindt. Als het bos volledig af is, strekt het van Zoetermeer, tot Pijnacker en Delft.
Natuurpark
De Stichting Natuurpark Zoetermeer (S.N.Z.) is van plan een groot opvangcentrum voor papegaaien, reptielen en eventuele andere dieren te bouwen in Zoetermeer. De SNZ heeft zeven locaties op het oog voor de bouw. Als het aan de stichting zelf ligt, valt de keuze op het Westerpark. De locatie die aanvankelijk haar voorkeur had, achter Intratuin aan de Voorweg, is komen te vervallen. Behalve het Westerpark zijn ook onder meer het Balijbos, een terrein langs de hogesnelheidslijn (H.S.L.), het Bentwoud en de Meerpolder in beeld. Het opvangcentrum wordt geen dierentuin, maar is wel te bezoeken als educatief centrum.
Reptielen Zoo Serpo, die eerder bekendmaakte zich ook in het natuurpark te willen vestigen, is inmiddels afgehaakt.
Nieuwe Driemanspolder
Ingesloten tussen de gemeenten Zoetermeer, Voorburg en Den Haag ligt de Nieuwe Driemanspolder. De Nieuwe Driemanspolder is een diepe polder met een oppervlakte van ongeveer 300 hectare. Het is een voormalige veenpolder, die tot de kleilaag is ontveend. Het kwelwater is (nog) zoet en voedselrijk en met de waterberging worden kwelstromen onderdrukt. In het kader van de Groenblauwe slinger, die verstedelijking in dit gebied een halt toe roept, krijgt de Nieuwe Driemanspolder naar verwachting vanaf 2010 vier nieuwe functies: recreatiegebied, natuurgebied, seizoenswaterberging en gecontroleerde hoogwaterberging.
Voor de waterberging in de polder voorzien de betrokken waterschappen een gebied, dat vergelijkbaar is met de Oostvaardersplassen. Het gebied moet geschikt zijn voor permanente zoetwaterberging (90-150 hectare). Daarnaast moet de capaciteit van de berging naar schatting eens in de vijf tot vijfentwintig jaar gedurende maximaal tien dagen vergroot kunnen worden tot 225 hectare voor gecontroleerde hoogwaterberging. Bij een te hoge waterstand kan de boezem op deze manier tijdelijk ontlast worden. De seizoenswaterberging voorziet in een permanente watervoorraad voor droge perioden.
Met uitvoering van deze plannen kan pas eind 2013 worden gestart, oplevering zal dan niet voor 2017 zijn.
Bentwoud
Het Bentwoud is een nieuw aan te leggen bosgebied tussen Zoetermeer, Benthuizen en Waddinxveen. Het bos vormt een groene buffer tussen de bestaande steden, de nieuw te bouwen stad in de Zuidplaspolder met 100.000 inwoners en het Groene Hart.
Het Bentwoud wordt 1300 hectare (13 km²) groot. Het bos is opgebouwd uit verschillende deelgebieden. Eén deelgebied is bedoeld voor recreatie: hier komen verharde paden en bijvoorbeeld een bezoekerscentrum, een speeltuin en een restaurant. In het middendeel wordt een golfbaan van 100 ha (1 km²) gerealiseerd. In een ander deelgebied zal de natuur voorop staan bij de inrichting. Dit deel van het bos is toegankelijk voor recreatie maar wordt ingericht voor houtproductie en als natuurgebied. Een deel van het bos wordt met bomen aangeplant en de verdere ontwikkeling wordt aan de natuur overgelaten. In het bos worden diverse fietsroutes aangelegd en kanoroutes die aansluiten op de Rottemeren.
De ontwikkeling van het Bentwoud verloopt moeizaam. Veel boeren in het gebied weigeren hun grond af te staan, omdat zij vinden dat er een te lage grondprijs wordt geboden. Anderen zijn van mening dat het gebied zijn agrarische karakter moet behouden en dat landbouw van economisch belang is voor het gebied.